‘Speaking Minds is voor ons een breekijzer geweest’

Ieder jaar worden er ruim 119.000 kinderen en jongeren verwaarloosd of mishandeld. Dat is gemiddeld één kind per klas. Onveilige opvoed- en opgroeisituaties hebben grote gevolgen voor kinderen en jongeren, ook op de lange termijn. Speaking Minds heeft in samenwerking met Team Kim een pilot uitgevoerd op het thema ‘Veilig Opgroeien.’ Iemand die hier met volle enthousiasme instapte is Tanja Jadnanansing, stadsdeel voorzitter van Amsterdam-Zuid-Oost.

Tanja is geen onbekende op het thema Veilig Opgroeien. Al jaren werkt zij met jongeren in de verschillende functies die zij heeft gehad. Ook in haar huidige baan spreekt ze de doelgroep door regelmatig les te geven op verschillende scholen én door de kindercommissie die is geïnstalleerd in het stadsdeel Amsterdam Zuid-Oost. Wat maakt dan dat een programma als Speaking Minds op het thema Veilig Opgroeien, Tanja aansprak?

“Speaking Minds sluit echt aan op de leefwereld van jongeren én spreekt de doelgroep aan. Wat ik bijzonder aan Speaking Minds vind is dat jongeren zelf de expertise opbouwen. Zij zijn de deskundigen en komen met de adviezen. Het is niet vanuit de bestuurder van een gemeente die vooral zendt, maar juist vanuit het initiatief van de jongeren. Het is een hele andere manier van werken met deze doelgroep. Het onderwerp werd al besproken binnen gemeente Amsterdam, maar deze methodiek had ik nog niet ondervonden.”

Vanaf 28-jarige leeftijd werkt Tanja al met jongeren, dus praten met hen was voor haar niet nieuw of spannend. “De organisatie Speaking Minds organiseert en faciliteert het gesprek met jongeren ontzettend goed en als bestuurder kun je meer op een visionair niveau met elkaar nadenken. Tijdens het project en de afsluitende bijeenkomst is er veel enthousiasme, maar je moet er wel aan trekken om iedereen vervolgens betrokken te houden. Daar hebben we nog wel een wereld te winnen, aan beide kanten,” vertelt Tanja.

De jongeren geven aan het einde van Speaking Minds een aantal adviezen aan de gemeente. De vraag vanuit de gemeente was: Hoe kan ervoor gezorgd worden dat jongeren in Amsterdam Zuidoost thuis veilig opgroeien? Eén advies dat Tanja echt ontzettend waardevol vindt is het advies van het inzetten van Jeugdboa’s. “Daar is iedereen over aan het spreken met elkaar, ook binnen het ROC. Daarnaast hebben we de jongeren nodig en moeten zij betrokken blijven bij de uitvoering. Wat we in deze fase vanuit ons kunnen doen (zo net na de verkiezingen) is de bevindingen van de jongeren meenemen in het coalitieakkoord,” vertelt Tanja.

Op de vraag of Tanja nieuwe inzichten heeft gekregen antwoordt ze: “De inzichten zijn er vaak al, op welk thema dan ook. Waar het nu om gaat is de uitvoering, daar heb ik nieuwe dingen gehoord. Met het thema ‘Veilig Opgroeien’ kun je niet zonder de doelgroep en hun expertise. Je hebt hen én hun draagvlak nodig. Daarnaast is opnieuw de urgentie op de agenda gekomen. Speaking Minds is voor ons een wake-up call geweest, een breekijzer.”

De illusie dat we met Speaking Minds de gehele jeugdzorg of het stuk jeugdzorg in Amsterdam Zuid-Oost verbeteren is er volgens Tanja niet. “De Jeugdzorg is complex, niet alleen lokaal, maar ook landelijk. Er is veel meer verbetering nodig op grotere schaal. Maar, door dit soort projecten houd je wel de verbinding met de jongeren die in een onveilige thuissituatie zitten. Je moet met elkaar blijven praten. Een aantal jongeren kwam in onze stadsdeel commissie praten na het project. Iedereen in de vergadering was erg geïnspireerd door hen, dat was fantastisch om te zien.”

“De Speaking Minds methode is prettig en er is veel dynamiek. Daarnaast zijn er elementen die ervoor zorgen dat de jongeren die meedoen hun verhalen durven te delen. Ze worden bewuster van hun eigen thuisssituatie, die niet altijd fijn is.” Of Tanja het lastig vindt om de verhalen te horen en het niet direct op te kunnen lossen? “Natuurlijk! Het liefst wil ik al die jongeren mee aan hun hand nemen en hun situatie per direct oplossen. Inmiddels heb ik geleerd dat ik terug moet naar mijn huidige rol. Ik ben bestuurder en geen hulpverlener. Wat ik dus wél kan doen is het onderwerp intern agenderen, om vervolgens het een en ander uit te zetten bij instanties en daar dingen verbeteren die niet goed gaan.”

Of alle adviezen van de jongeren worden meegenomen? “Niet alles, maar wel een groot deel. Waar ik dankzij het project en de gesprekken met de jongeren nog meer van overtuigd ben is; doe geen loze beloften. Vertel jongeren eerlijk wat wel en niet haalbaar is. Juist naar hen toe moet je open en transparant zijn. Voer het eerlijke gesprek, voorbij alle clichés. Zij weten wat er speelt. Zij zijn deskundigen en ik niet, punt.”

Heeft u als organisatie of beleidsmedewerker interesse in dit programma?

Stuur een e-mail naar [email protected]